VOOR WIE

In principe kan iedereen bij de osteopaat terecht. Het grote voordeel van osteopathie is dat zij succesvol functionele stoornissen behandelen kan, terwijl
een reguliere arts het zwaartepunt legt op de structurele stoornissen.

Vanuit de reguliere zienswijze werkt de osteopaat dus preventief. Omdat hij/zij ziekte
behandelt die de reguliere geneeskunde nog niet gezien heeft, omdat er geen klinische maar alleen individuele symptomen zijn.

Een osteopaat ziet het lichaam als één geheel. We weten welke lichaamsweefsels met elkaar in verbinding staan en op welke manier ze elkaar kunnen beïnvloeden.

Daardoor kan een osteopaat de mogelijke oorzaak van een klacht vinden, terwijl andere behandelaars die niet hebben kunnen opsporen.
Soms ligt de oorzaak in een ander deel van het lichaam dan waar de klacht optreedt.

Vaak komt een osteopaat in beeld als een klacht hardnekkig blijkt.
Waar mogelijk werken we met de reguliere geneeskunde samen.

DE GRENZEN VAN DE OSTEOPATHIE

“De osteopathie is geen geneeskunde voor noodgevallen, zoals een hartinfarct, hersenbloeding, botbreuken, open wonden en infecties”

BABY’S EN KINDEREN
HUILBABY’S, SPUUGBABY’S

Sommige pasgeborenen en kleine kinderen neigen er naar om meer te huilen dan andere kinderen van dezelfde leeftijd. Dit huilen heeft ogenschijnlijk geen duidelijke oorzaak, omdat het ook direct na de voeding of het verschonen van een luier is. Troost en liefde helpt niet.

Het huilen wordt meestal als opvallendste symptoom herkend, maar gaat vaak samen met slaapproblemen, zuig- of slikstoornissen en/of schrikachtigheid.

Zuig- en slikstoornissen gaan vaak gepaard met overmatig spugen na de borstvoeding of maaltijd. 

In de reguliere geneeskunde wordt het huilen en spugen van baby’s meestal als stoornis van het maagdarmkaneel geïnterpreteerd en vaak aangemerkt als winderigheid of darmkrampjes.

Voor een osteopaat zijn deze diagnoses slechts een symptoombeschrijving. Wij zoeken de oorzaak in de disbalans tussen structuren. Vaak worden asymmetrie van de schedel of de halswervelkolom vastgesteld, of er is sprake van verminderde glijvlakken van de buikorganen

ANDERE KLACHTEN

Voorbeelden van andere klachten: kids- syndroom, kiss-syndroom, torticollis,  tandregulatie, astma, scoliose, darmkrampjes motorische achterstanden, voorkeurshouding, asymmetrie van de schedel, heupdysplasie

 

VOLWASSENEN

Voorbeelden:

  • Rugklachten
  • Klachten voor,  tijdens en na zwangerschap
  • Schouder- en nekklachten
  • Hoofdpijnen
  • Spijsverteringsproblemen, bijv. maag-, en darmklachten

Klachten na trauma, bijv. auto-ongeluk 

VOOR HET MAKEN VAN EEN AFSPRAAK OF OVERLEG